Zet eens een genderbril op
De genderkloof begint al bij de kinderarts
Ja, er bestaat gezondheidsongelijkheid tussen jongens en meiden. En biologische factoren kunnen deze ongelijkheid niet altijd verklaren. Kinderartsen moeten meer oog hebben voor genderaspecten in de zorg.
Slechtere bloedsuikerwaarden, meer ziekenhuisopnames, vaker overgewicht, en een lagere kwaliteit van leven. Meiden met diabetes type 1 hebben slechtere zorguitkomsten dan jongens met DT1 van dezelfde leeftijd. Dat blijkt uit recent onderzoek van arts-onderzoeker Silvia de Vries en kinderarts-endocrinoloog Theo Sas (zie pagina 13 van de Kinderarts & Samenleving, editie 2 van 2023).
Dit feit staat niet op zichzelf. Diverse onderzoeken tonen aan dat zich vanaf de tienerjaren een gezondheidskloof aftekent tussen jongens en meiden. Vooral als het gaat om malaise- en pijnklachten zoals hoofdpijn, buikpijn, rugklachten, vermoeidheid, slaapproblemen en depressieve klachten. Daarbij zijn de meiden meestal slechter af. Volgens bijvoorbeeld het HBSC-onderzoek (Health Behaviour in School-aged Children) 2021 heeft 70 procent van de meiden in het voortgezet onderwijs vaker dan één keer per week somatische klachten zoals hoofdpijn of buikpijn, tegenover 49 procent van de jongens. En maar liefst 43 procent van de meiden kampt met emotionele problemen, tegenover 13,3 procent van de jongens.
>> Lees het hele artikel uit Kinderarts en Samenleving van november 2023